Nokia 6681 - Aanvullende veiligheidsinformatie

background image

Aanvullende veiligheidsinformatie

120

Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

Aanvullende veiligheidsinformatie

Gebruiksomgeving

Houd u aan speciale voorschriften die in een bepaald gebied
van kracht zijn en schakel het apparaat altijd uit op plaatsen
waar het verboden is het apparaat te gebruiken of waar het
gebruik ervan storing of gevaar kan veroorzaken. Gebruik het
apparaat alleen in de normale posities. Gebruik alleen
toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met
dit apparaat, teneinde te voldoen aan de richtlijnen voor
blootstelling aan radiofrequentiesignalen. Gebruik altijd een
goedgekeurd draagtasje of een goedgekeurde houder,
wanneer u het apparaat hebt ingeschakeld en op het lichaam
draagt.

Medische apparatuur

Het gebruik van radiozendapparatuur, dus ook van draadloze
telefoons, kan het functioneren van onvoldoende beschermde
medische apparatuur nadelig beïnvloeden. Raadpleeg een arts
of de fabrikant van het medische apparaat om vast te stellen
of het apparaat voldoende is beschermd tegen externe RF-
energie of als u vragen hebt. Schakel het apparaat uit in
instellingen voor gezondheidszorg wanneer dat
voorgeschreven wordt door ter plaatse aangegeven
instructies. Ziekenhuizen en andere instellingen voor
gezondheidszorg kunnen gebruikmaken van apparatuur die
gevoelig is voor externe RF-energie.

Pacemakers

Fabrikanten van pacemakers adviseren dat er minimaal
15,3 cm afstand moet worden gehouden tussen een draadloze
telefoon en een pacemaker om mogelijke storing van de
pacemaker te voorkomen. Deze aanbevelingen komen overeen
met het onafhankelijke onderzoek en de aanbevelingen van
Wireless Technology Research. Mensen met een pacemaker
moeten:

het apparaat op meer dan 15,3 cm afstand van hun
pacemaker houden als het apparaat is ingeschakeld;

het apparaat niet in een borstzak dragen; en

het apparaat bij het oor houden aan de andere zijde van
het lichaam dan de zijde waar de pacemaker zich bevindt
om de kans op storingen te minimaliseren.

Als u enige reden heeft om te vermoeden dat er storing
optreedt, moet u het apparaat onmiddellijk uitschakelen.

Gehoorapparaten

Sommige digitale draadloze apparaten kunnen storingen in
bepaalde gehoorapparaten veroorzaken. Neem contact op met
uw netwerkoperator als u last hebt van dergelijke storingen.

background image

Aanvullende veiligheidsinformatie

121

Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

Voertuigen

RF-signalen kunnen van invloed zijn op elektronische
systemen in gemotoriseerde voertuigen die verkeerd
geïnstalleerd of onvoldoende zijn afgeschermd, bijvoorbeeld
elektronische systemen voor brandstofinjectie, elektronische
antislip- of antiblokkeer-remsystemen, systemen voor
elektronische snelheidsregeling of airbagsystemen. Raadpleeg
de fabrikant, of diens vertegenwoordiger, van uw voertuig of
van hieraan toegevoegde apparatuur, voor meer informatie.

Het apparaat mag alleen door bevoegd personeel worden
onderhouden of in een auto worden gemonteerd. Ondeskundige
installatie of reparatie kan gevaar opleveren en de garantie die
eventueel van toepassing is op het apparaat doen vervallen.
Controleer regelmatig of de draadloze apparatuur in uw auto
nog steeds goed is bevestigd en naar behoren functioneert.
Vervoer of bewaar geen brandbare vloeistoffen, gasvormige
materialen of explosieve materialen in dezelfde ruimte als die
waarin het apparaat, onderdelen daarvan of toebehoren zich
bevinden Voor auto's met een airbag geldt dat de airbags met
zeer veel kracht worden opgeblazen. Zet geen voorwerpen, dus
ook geen geïnstalleerde of draagbare draadloze apparatuur, in
de ruimte boven de airbag of waar de airbag wordt opgeblazen.
Als draadloze apparatuur niet goed is geïnstalleerd in de auto
en de airbag wordt opgeblazen, kan dit ernstige verwondingen
veroorzaken.

Het gebruik van het apparaat in een vliegtuig is verboden.
Schakel het apparaat uit voordat u een vliegtuig binnengaat.
Het gebruik van draadloze telecomapparatuur kan gevaarlijk
zijn voor de werking van het vliegtuig, kan het draadloze
telefoonnetwerk verstoren en kan illegaal zijn.

Explosiegevaarlijke omgevingen

Schakel het apparaat uit als u op een plaats met
explosiegevaar bent en volg alle aanwijzingen en instructies
op. Dergelijke plaatsen zijn bijvoorbeeld plaatsen waar u
gewoonlijk wordt geadviseerd de motor van uw auto af te
zetten. Vonken kunnen op dergelijke plaatsen een explosie of
brand veroorzaken, waardoor er gewonden of zelfs doden
kunnen vallen. Schakel het apparaat uit bij benzinestations.
Houd u aan de beperkingen voor het gebruik van
radioapparatuur in brandstofopslagplaatsen, chemische
fabrieken of op plaatsen waar met explosieven wordt gewerkt.
Plaatsen met explosiegevaar worden vaak, maar niet altijd,
duidelijk aangegeven. Het gaat onder andere om
scheepsruimen, chemische op- of overslagplaatsen,
voertuigen die gebruikmaken van LPG (onder andere propaan
of butaan) en gebieden waar de lucht chemicaliën of fijne
deeltjes van bijvoorbeeld graan, stof of metaaldeeltjes bevat.

Alarmnummer kiezen

Belangrijk: Draadloze telefoons zoals dit apparaat,

maken gebruik van radiosignalen, draadloze netwerken,
kabelnetwerken en door de gebruiker geprogrammeerde
functies. Hierdoor kunnen verbindingen niet onder alle
omstandigheden worden gegarandeerd. U moet nooit alleen
vertrouwen op een draadloze telefoon voor het tot stand
brengen van essentiële communicatie, bijvoorbeeld bij
medische noodgevallen.

background image

Aanvullende veiligheidsinformatie

122

Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

Een alarmnummer kiezen:

1

Schakel het apparaat in als dat nog niet is gebeurd.
Controleer of de signaalontvangst voldoende is.
In sommige netwerken kan een geldige, correct geplaatste
SIM- of USIM-kaart noodzakelijk zijn.

2

Druk zo vaak als nodig is op

om het scherm leeg te

maken en het apparaat gereed te maken voor een oproep.

3

Voer het alarmnummer in voor het gebied waar u zich
bevindt. Alarmnummers verschillen per locatie.

4

Druk op de toets

.

Als u bepaalde functies gebruikt, is het mogelijk dat u deze
functies eerst moet uitschakelen voordat u een alarmnummer
kunt kiezen. Raadpleeg deze handleiding of uw
serviceprovider voor meer informatie.

Probeer wanneer u een alarmnummer belt, alle noodzakelijke
informatie zo nauwkeurig mogelijk te omschrijven.
Uw draadloze apparaat is mogelijk het enige
communicatiemiddel op de plaats van een ongeluk. Beëindig
het gesprek pas wanneer u daarvoor toestemming hebt
gekregen.

WAARSCHUWING! In het profiel Offline kunt u geen

gesprekken voeren, behalve oproepen naar bepaalde
alarmnummers, of andere functies gebruiken waarvoor
netwerkdekking is vereist.

Informatie over certificatie (SAR)

DIT APPARAAT VOLDOET AAN DE INTERNATIONALE
RICHTLIJNEN VOOR BLOOTSTELLING AAN RADIOGOLVEN.

Dit mobiele apparaat is een radiozender en -ontvanger. Het
apparaat is zo ontwikkeld en geproduceerd dat het voldoet aan
de emmissiebeperkingen voor radiofrequentiesignalen
(RF-signalen) die worden aanbevolen door internationale
richtlijnen (ICNIRP). Deze beperkingen maken deel uit van
uitgebreide richtlijnen en definiëren het toegestane niveau
voor RF-energie voor de algemene bevolking. Deze richtlijnen
zijn ontwikkeld door onafhankelijke wetenschappelijke
organisaties op basis van periodieke en grondige evaluaties
van wetenschappelijke studies. In deze richtlijnen is een grote
veiligheidsmarge ingebouwd om de veiligheid van alle
personen te kunnen waarborgen, ongeacht de leeftijd of
gezondheidstoestand.

De standaard voor blootstelling aan mobiele apparatuur wordt
uitgedrukt in de maateenheid SAR (Specific Absorbtion Rate).
De SAR-limiet die wordt vermeld in de internationale
richtlijnen is 2,0 W/kg*. Bij tests voor SAR worden de
standaardposities gebruikt, waarbij het apparaat in alle
gemeten frequentiebanden het hoogst toegestane
energieniveau gebruikt. Hoewel de SAR wordt bepaald op het
hoogst toegestane energieniveau, kan het werkelijke SAR-
niveau van het apparaat tijdens gebruik sterk lager liggen dan
de maximumwaarde. Dit komt doordat het apparaat is
ontworpen voor gebruik bij verschillende energieniveaus,
zodat niet meer energie wordt gebruikt dan nodig is om
verbinding te maken met het netwerk. Over het algemeen

background image

Aanvullende veiligheidsinformatie

123

Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

geldt dat hoe dichter u zich bij een zendmast bevindt, hoe
minder energie het apparaat gebruikt.

De hoogste SAR-waarde die dit apparaat heeft bereikt tijdens
tests voor gebruik naast het oor is 0,79 W/kg.

Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan
RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen het oor
wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van
minimaal 1,5 cm van het lichaam bevindt. Wanneer het
apparaat op het lichaam wordt gedragen in een draagtasje,
riemclip of houder, mogen deze hulpmiddelen geen metaal
bevatten en moet het product zich op een afstand van
minimaal 1,5 cm van het lichaam bevinden.

Voor het overbrengen van databestanden of berichten moet
dit apparaat kunnen beschikken over een goede verbinding
met het netwerk. In sommige gevallen kan het overbrengen
van databestanden of berichten vertraging oplopen tot een
dergelijke verbinding beschikbaar is. Houd u aan de
bovenstaande afstandsrichtlijnen tot de gegevensoverdracht is
voltooid.

*De SAR-limiet die voor mobiele apparatuur voor het publiek
wordt gehanteerd, is 2,0 W/kg (watt/kilogram) evenredig
verdeeld over tien gram lichaamsweefsel. In de richtlijnen is
een aanzienlijke veiligheidsmarge ingebouwd voor extra
bescherming en om eventuele meetvariaties te ondervangen.
SAR-waarden kunnen variëren, afhankelijk van nationale
rapportage-eisen en de netwerkband. Meer informatie over
SAR in andere regio's kunt u vinden onder ‘product
information’ op de Nokia-website op www.nokia.com.

background image

124

Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.