Gewone tekstinvoer
en
geven de modus aan.
betekent dat
de eerste letter van het woord een hoofdletter is en dat
alle andere letters automatisch kleine letters zijn.
geeft de cijfermodus aan.
Als u de gewone tekstinvoer gebruikt, wordt het symbool
rechtsboven op de display weergegeven.
• Druk op een cijfertoets (
—
) totdat
het gewenste teken wordt weergegeven. Op de
cijfertoetsen staan niet alle tekens afgebeeld die onder
een toets beschikbaar zijn.
• Houd de cijfertoets ingedrukt om een cijfer in te
voegen.
• Houd
ingedrukt om te schakelen tussen
letters en cijfers.
• Als de volgende letter onder dezelfde toets zit als de
huidige, wacht u tot de cursor weer wordt
weergegeven of drukt u op
en voert u de letter in.
• Druk op
om één teken te wissen. Houd
ingedrukt om meerdere tekens te wissen.
Berichten
50
Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
• De meestgebruikte leestekens zijn beschikbaar onder
. Druk op
totdat het gewenste
leesteken wordt weergegeven.
Als u op
drukt, wordt een lijst met speciale
tekens weergegeven. Ga met
naar het gewenste
teken en druk op
Selecteer
om het te selecteren.
• Druk op
om een spatie in te voegen. Druk drie
keer op
om de cursor naar de volgende regel
te verplaatsen.
• Druk op
om te schakelen tussen de tekenmodi
Abc, abc en ABC.