 
Gegevens synchroniseren
In de beginweergave van
Synchr.
ziet u de verschillende
synchronisatieprofielen en de typen gegevens die kunnen 
worden gesynchroniseerd.
1
Selecteer een synchronisatieprofiel en selecteer 
vervolgens 
Opties
>
Synchroniseren
. De status van het
synchronisatieproces wordt onder aan de display 
weergegeven.
Als u de synchronisatie tussentijds wilt afbreken, drukt 
u op 
Annuleer
.
2
U ontvangt een melding wanneer de synchronisatie is 
voltooid. Als de synchronisatie is voltooid, selecteert u 
Opties
>
Logboek bekijken
om een logboekbestand te
openen waarin de synchronisatiestatus wordt 
weergegeven (
Voltooid
of
Incompleet
) en het aantal
agenda- of contactgegevens dat is toegevoegd, 
bijgewerkt, verwijderd of overgeslagen (niet 
gesynchroniseerd) op de telefoon of de server.
 
Co
nnectiviteit
97
Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Apparaatbeheer
Druk op
en selecteer
Connect.
>
App.beh.
U ontvangt
mogelijk serverprofielen en verschillende configuratie-
instellingen van uw netwerkoperator, serviceprovider of 
afdeling voor bedrijfsinformatiebeheer. Deze configuratie-
instellingen kunnen toegangspuntinstellingen voor 
gegevensverbindingen en andere instellingen voor 
verschillende toepassingen in de telefoon bevatten.
Als u verbinding wilt maken met een server en de 
configuratie-instellingen voor de telefoon wilt ontvangen, 
selecteert u 
Opties
>
Configuratie starten
.
Als u het ontvangen van configuratie-instellingen van een 
serviceprovider wilt toestaan of weigeren, selecteert u 
Opties
>
Conf. inschakelen
of
Conf. uitschakelen
.
Serverprofielinstellingen
Neem contact op met uw serviceprovider voor de juiste 
instellingen.
Servernaam
— Voer een naam in voor de
configuratieserver.
Server-ID
— Voer de unieke ID in om de configuratieserver
te identificeren.
Serverwachtwoord
— Voer een wachtwoord in om de
telefoon te identificeren voor de server.
Sessiemodus
— Selecteer
Bluetooth
of
Web
.
Toegangspunt
— Selecteer een toegangspunt voor het tot
stand brengen van een verbinding met de server.
Hostadres
— Voer de URL van de server in.